Laatst geüpdatet: woensdag 5 februari 2025
Zonnepanelen. Voor veel mensen misschien wel de meest zichtbare kant van de energietransitie. Wat velen echter niet weten: aan bijna elk paneel kleven allerlei nadelen. Zo zijn ze zwaar, bevatten ze schadelijke stoffen, zijn ze geproduceerd onder dwangarbeid en zijn ze niet te recyclen. Gerard de Leede zag daarin een gigantische kans. Vandaag de dag is hij chief technology officer (CTO) en co-founder van Nederlands zonnepanelenproducent Solarge. “De grote uitdaging voor groei zit niet bij investeerders met een groen hart. Die zit bij mensen die af en toe een groen petje opdoen.”
Het is een regenachtige dag in Weert. Met een natte spijkerbroek fietsen we vanaf het station naar Solarge. We zien een enorme fabriek met loopbanden, inspectietafels en een loods vol zonnepanelen in allerlei soorten. Gerard zit in een kantoorruimte waar meer bureaus leeg zijn dan vol. “De salescollega’s hebben een training. Ik zie het maar als een teken dat we hard aan het groeien zijn, en die groei ook door willen zetten.” Gelukkig heeft de lege ruimte geen invloed op hoe warm de koffie is en hoe goed het gesprek dat volgt.
Dus Gerard, laten we beginnen bij het begin: waar kom je vandaan en hoe ben je Solarge begonnen?
“In de jaren zeventig en tachtig had ik al veel interesse in duurzame energie. Het boek van de Club van Rome gaf me de stellige overtuiging dat we als mens een transitie moeten doorgaan. Ik had ook al snel het idee dat zonne-energie goedkoper kan, als je maar volume hebt. Dat zie je ook de laatste jaren: met name in China springt het ene na het andere bedrijf op de economische kans. Veel bedrijven houden echter geen rekening met alle bijeffecten van die snelle productie: ze zijn gemaakt met dwangarbeid en er zitten giftige stoffen als pfas en antimoon in. De productie op kolenstroom zorgt bovendien voor een enorme uitstoot. En de panelen zijn niet gemaakt van circulaire grondstoffen.
Uiteindelijk waren al die zaken trouwens niet de reden dat ik Solarge begon. Dat zat vooral in het gewicht van bestaande panelen. Ik werkte hiervoor als CTO bij Heijmans en was daar bezig om – samen met SABIC – een lichtgewicht paneel voor in daken te ontwikkelen, gemaakt van kunststof. Dat werkte destijds nog niet helemaal, maar ik zag wel een kans om hierop voort te bouwen. Met twee partners richtten we begin 2018 Solarge op. Ons unique selling point moest het gewicht worden. Zo’n 40 tot 50 procent van de daken in Nederland heeft namelijk niet de draagkracht voor zware panelen. Die markt wilden wij gaan betreden.”
Maar je zei dat je ze alleen ontwikkelde als in-daksysteem?
“Klopt, dat was oorspronkelijk ook de bedoeling. Maar toen we zagen dat panelen van kunststof potentie hadden en we daarmee ook allerlei andere, eerder genoemde usp’s aantikten, zetten we daar vol op in. Op zoek naar de ultieme formule. Elk paneel hebben we honderden keren en duizenden uren in onze martelkamers getest tot we een certificaat hadden. Daarna zijn we investeerders gaan zoeken. Dat heeft in mei 2023 geleid tot de opening van onze eigen fabriek, waar je nu bent. Hier produceren we lokaal lichtgewicht zonnepanelen die ook nog eens honderd procent circulair zijn. Als CTO is het ook mijn rol om de markt in de gaten te houden en te lobbyen voor betere wetgeving.”
Dan ben ik wel even benieuwd: hoe gaat het volgens jou met de energietransitie?
“Ik heb gemengde gevoelens. Enerzijds zie je dat de implementatie van zonne-energie goed gaat. Ook de CO2-productie zie je afnemen, maar te langzaam. Het plafond is nog net niet bereikt. Het grote probleem is de investeringswereld: die volgen vooral het geld. Daardoor gaat het niet snel genoeg. Ja, steeds meer investeerders hebben mooie praatjes, maar als ze het risicoprofiel zien van een grote investering in zonne-energie haken ze af. Wij noemen ze wel investeerders met groene petjes. Ze komen binnen met mooie bedoelingen maar het petje gaat snel weer af. Je moet vandaag de dag echt een groen hart en termijnvisie hebben om te durven investeren. En dat zijn er nog te weinig.”
De overheid laat wel het ene na het andere project starten voor wind op zee, hoe kan dat dan?
“Veel investeringsgeld gaat naar gesubsidieerde projecten. Dat betekent dat er geen risico op de investering zit en je veilig kunt kopen met een gegarandeerd rendement. Investeren in een bedrijf als Solarge heeft nog te veel risico voor behoudende fondsen die enkel kijken naar rendement op korte termijn. De grote uitdaging voor de komende jaren? Dat is dat de ‘oude economie’-investeerders beter begrijpen hoe het zit en dus niet meer in Shell, maar in bijvoorbeeld Solarge investeren.”
Heb je er wel geloof in dat die duurzame energiesector er gaat komen?
“Als ik afga op mijn intuïtie en de bewegingen in de wereld zeg ik nu ja. Het is echt aan het kantelen. Bedrijven kunnen aanspraak maken op veel geld, mits alles bewezen en geregeld is. Maar wat me nog wel zorgen baart, en zelfs soms irriteert, is dat investeerders nog te veel lipservice plegen aan innovaties die nodig zijn voor een echt duurzame energietransitie. Ik krijg wekelijks investeringsaanvragen, ook van partijen die ronkende verhalen de wereld insturen over hoe belangrijk ze de energietransitie vinden. Puntje bij paaltje vinden ze vaak het risico te hoog en haken ze uiteindelijk af. Put your money where your mouth is, denk ik dan.”
"De grote uitdaging voor de komende jaren? Dat is dat de ‘oude economie’-investeerders beter begrijpen hoe het zit en dus niet meer in Shell, maar in bijvoorbeeld Solarge investeren.”"
Gerard de Leede, Solarge
Ik proef je irritatie Gerard. En de overheid dan, willen die niet investeren?
“We hebben – uitgezonderd een groeiend aantal gemeentes – nog niks verkocht aan de landelijke overheid. De belangrijkste reden? Er is een schrikbarend gebrek aan kennis. Ja, twee miljard euro aan zonnepanelen neerleggen klinkt mooi, maar die zijn allemaal gemaakt onder dwangarbeid. En ze zitten vol giftige stoffen.”
Waar staan jullie nu met Solarge?
“Eind 2024 hebben we 8 megawatt liggen in Nederland en België. We willen snel opschalen naar 20 megawatt, vandaar de training van onze salesmensen natuurlijk, haha. We willen onze fabriek in Weert verder uitbouwen en de technologie verbeteren. Zo werken we bijvoorbeeld aan een biobased zonnepaneel, waarmee we nog meer – of moet ik zeggen: minder – impact maken. Ook kijken we naar mogelijkheden om onze technologie te licenseren aan derden, internationaal. Onze technologie is gepatenteerd dus ik geloof er echt in dat we een ommekeer teweeg kunnen brengen in de zonneproductie.”
Wat vind je mooi aan je werk?
“Alles wat ik in het verleden heb gedaan komt samen in deze functie. Ik kan hier al mijn kennis en mijn netwerk inzetten om de zonnepaneeltechnologie een flinke slag verder te helpen. We staan echt nog maar aan het begin van de transitie naar kunststof. Ik denk veel na over wat er allemaal nog kan. Zouden we de daken van vrachtwagens en trailers bijvoorbeeld niet uit zonnepanelen kunnen laten bestaan? We kunnen nog generaties lang doorontwikkelen.”
En wat is je grootste uitdaging?
“Zoals ik al zei: we zijn nog beperkt in tijd en geld, waardoor de echte schaalsprong nog niet heeft plaatsgevonden. Met ons product moeten we een markt vanaf scratch overtuigen. Dat is ook leuk natuurlijk, maar soms frustrerend dat het niet snel genoeg gaat. We hebben nog wel wat schapen nodig voordat we de dam over kunnen. Wat mijn rol daarin is in de toekomst? Dat weet ik nog niet precies. Ik ben nu 65. Die tweede fabriek moet er wel zijn voordat ik stop.”
"Ik denk veel na over wat er allemaal nog kan. Zouden we de daken van vrachtwagens en trailers bijvoorbeeld niet uit zonnepanelen kunnen laten bestaan? We kunnen nog generaties lang doorontwikkelen."
Gerard de Leede, Solarge
Wat is het project waar je het meest trots op bent?
“We hebben het grootste circulaire zonnepark ter wereld neergelegd in Genk, België. Hier staat de fabriek van Sabic met 4.600 panelen op het dak, aangekocht door Engie. Het is ons eerste project met een omvang van enkele megawatts. Het is ruim tien keer zo groot als we ooit gedaan hadden. Nou, dat is indrukwekkend hoor als je dat ziet. Deed me echt wel wat.
Daar komt nog eens bij dat Engie het efficiënt heeft kunnen leggen. We hebben er strak opgezeten en dan blijkt dat groot en degelijk echt wel te kunnen. En dan blijkt dat doordat onze panelen geen aluminiumrand om de glasplaat heen hebben, er ook nog eens minder vervuiling op het paneel achter blijft. Zo’n project geeft ons vertrouwen dat we veel meer klanten kunnen vinden voor dit soort opdrachten.”
Je kunt het niet alleen. Wat is er nodig vanuit de politiek om groene energie nog verder op te schalen?
“De huidige zonnepanelen in de markt zijn niet acceptabel voor een duurzame toekomst. Dus er moet een keiharde stop komen op import van Chinese bedrijven die niet kunnen aantonen dat ze produceren zonder dwangarbeid. Het systeem uit Amerika is al een stuk geschikter. Door waarderingen of eisen te stellen aan de producten die onze markt mogen betreden laten we zien wat we écht belangrijk vinden. Zorgen we ervoor dat panelen geen PFAS en ander gif bevatten. En geven we ook nog eens lokale ondernemers een streepje voor. Iets dat het nieuwe kabinet vast zal aanspreken, haha.
Verder denk ik dat het bedrijfsleven, kennisinstellingen en onze overheid zo veel mogelijk krachten moeten bundelen. Binnen de solar-industrie heeft de overheid al laten zien dat het wél kan. Ze hebben SOLARNL, een groot samenwerkingsinitiatief ondersteund met Groeifonds-gelden.”
Je zei eerder ook iets over het gebrek aan kennis bij de overheid, is dat ook nog iets?
“Jazeker. Er zitten nog te weinig mensen die inhoudelijk goed geïnformeerd zijn over wat er aan de hand is. Dat wordt uiteindelijk wel bijgehaald, maar daardoor komt inhoudelijk beleid vrijwel altijd te laat, zeker bij exponentieel groeiende markten. Ik zou pleiten voor meer ambtenaren met kennis van zaken, minder procedureel gerichte ambtenaren. Dan verspillen we onze tijd niet aan allerlei oplossingen die op termijn niet doen waar ze voor zijn: iets oplossen.”
Zie je ook een rol voor MVO Nederland weggelegd?
“Wij vinden het belangrijk dat duurzaam ondernemen de standaard wordt. Niet voor niets besteed ik zo’n dertig procent van mijn tijd aan lobbyactiviteiten. Dankzij het netwerk van MVO Nederland versterken we ons geluid richting politiek Den Haag en Brussel. Samen met geestverwanten maak je meer impact.”
Wat is de belangrijkste tip die je andere bedrijven zou geven?
“Denk groot. En zoek partners die net zo groot denken. Door in je keten te werken met grote kennispartners kom je veel verder dan als je als mkb’er alles zelf probeert te doen. Ja, die grote partners gaan langzamer, maar ze brengen vaak zo veel toegevoegde waarde mee. Voor ons zijn ze onmisbaar geweest in de opschaling.”
“Leuke check, al vond ik sommige vragen niet goed passen bij een mkb-bedrijf dat standaard circulair en low carbon ontwerpt en produceert. Dat zie je ook terug in de hoge score voor groene energie, dus een goed teken!”
Dit interview is onderdeel van een serie rondom de lancering van de Nieuwe Economie Index 2025 (NEx), het jaarlijkse onderzoek van MVO Nederland dat in een cijfer aangeeft hoe duurzaam de Nederlandse economie is. Op alle thema’s van deze index spraken we een inspirerende partner uit ons netwerk. Hoe zijn ze zo ver gekomen en wat kunnen anderen daarvan leren?
Interview Patty Zuidhoek (Triodos Bank): “Rijkdom gaat niet over euro’s maar over impact”
Pal naast station Driebergen-Zeist staat het kantoor van Triodos Bank. We hebben binnen afgesproken met Patty Zuidhoek, directeur zakelijke relaties bij Triodos Bank. “Echte nieuwe rijkdom gaat niet over de hoogste rente maar over wat er met je spaargeld gebeurt.”
Interview Marloes Venema (Fabienne Chapot): “Het besef is er wel dat we het samen moeten oplossen”
In een prachtig pand aan de Herengracht huist het Amsterdamse modemerk Fabienne Chapot, opgericht in 2006 door Fabienne Chapot zelf. Het merk staat bekend om zijn in-house ontworpen prints, rijke kleuren en vrouwelijke silhouetten. En uiteraard om de focus die het legt op duurzaamheid en transparantie in de keten. We nemen de statige trap naar boven en gaan zitten met Marloes Venema, Product Director bij Fabienne Chapot.
Interview John Geurts (Nijsen Company): “Waardedenken is goed maar het moet wel geld opleveren”
Jaarlijks brengt Nijsen ruim 100.000 ton levensmiddelen terug in de voedselkringloop als hoogwaardige diervoeding. We schuiven aan bij directeur John Geurts voor een gesprek over circulair ondernemen in de praktijk.
Een belangrijke stap in het toekomstbestendig maken van jouw bedrijf is je aansluiten bij MVO Nederland. Ben je werkzaam bij mkb of grootbedrijf? En wil je samen met andere bedrijven werken aan de nieuwe economie? Word dan partner.