Van alle spullen die in Nederland gemaakt worden, is minder dan 10 procent gemaakt van materialen die al eens eerder gebruikt zijn. Meer dan 90 procent van de grondstoffen komt uit mijnen, putten en bronnen, en zijn dus niet tot in lengte van dagen beschikbaar. Op korte of lange termijn moeten daar dus alternatieven voor gevonden worden.
Aan de andere kant van de keten groeit de afvalberg gestaag door. Grondstoffen die met veel moeite uit de grond gehaald zijn, en vervolgens bewerkt, getransporteerd, verpakt, verkocht en heel even gebruikt, liggen kort daarna alweer in de kliko. Een deel van dat afval gaat meteen de oven in.
De grondstoffen die wel gerecycled worden zijn niet altijd meer van dezelfde kwaliteit als ‘vrgin’ materialen, en soms kunnen ze ook qua prijs niet op tegen de bulk die tegen bodemprijzen geïmporteerd wordt.
Het is niet moeilijk in te zien dat er in dit economische proces enorm veel waarde verloren gaat. Bedrijven die erin slagen hier verbeteringen in aan te brengen, zullen succes boeken in een nieuwe, circulaire economie.
In eerste instantie denk je dan aan ondernemingen die zich toeleggen op het verwerken van reststromen van andere bedrijven. Niet voor niets noemen de vroegere afvalverwerkers zich tegenwoordig grondstoffen-expert. En gelijk hebben ze: er zit meer goud in afgedankte mobiele telefoons dan in gouderts. Hetzelfde geldt voor andere materialen, zoals zilver. Aan het efficiënt zuiveren van die stromen ‘afval’ valt best wat te verdienen.
Recycling van grondstoffen springt in het oog, maar dat is slechts één onderdeel van een circulaire economie. Wie écht zuinig wil zijn met grondstoffen probeert natuurlijk om ze zo min mogelijk te gebruiken. Vaak kan dat best: waarom zou je bananen in een plastic zak verpakken? Ze zitten al in een prima schil. Door af te zien van allerlei overbodige verpakkingen of onderdelen valt al een hoop te besparen.
Een ander, vaak onderschat, aspect van een circulaire economie is het verlengen van de levensduur van apparaten. Veel industrieën en bedrijven zijn groot geworden in de tijd van de lineaire economie, en die hebben er -plat gezegd- baat bij hun producten zo slecht mogelijk te maken. Hoe eerder een mobieltje, wasmachine, fietslampje of koelkast kapot gaat, hoe sneller ze immers een nieuwe kunnen verkopen. Deze ‘geplande veroudering’ is nog steeds niet verboden, maar de EU heeft inmiddels wel de richtlijnen voor de kwaliteit van consumentenproducten aangescherpt.
Het repareren van kapotte spullen is ook zoiets: veel elektronische componenten zijn aan elkaar vastgelijmd, zodat ze niet te fixen zijn als er één onderdeel sneuvelt. Voor een circulaire economie moet de repareerbaarheid van spullen veel beter worden dan hij nu is.
In iedere stap van het circulaire productieproces zitten kansen voor ondernemers. Reparatiebedrijven zullen floreren als spullen die nog opgelapt kunnen worden niet meteen weggegooid worden, maar als vintage of refurbished de markt op gaan. Bedrijven die oerdegelijke producten maken kunnen wellicht hun verdienmodel aanpassen door hun spullen niet te verkopen maar te leasen. En reststromen van het ene bedrijf zijn grondstofstromen voor de ander: marktplaatsen en makelaars springen daarop in.
Alles bij elkaar biedt de circulaire economie dus volop mogelijkheden voor inventieve ondernemers. De wegwerpmaatschappij zit nog behoorlijk ingebakken in onze economie, maar de barsten zijn duidelijk zichtbaar. Wat zullen we doen met die verouderde, vervuilende, lineaire economische systemen? Een beetje oplappen is onvoldoende. In de kliko ermee? Een paar onderdelen hergebruiken en de rest opnieuw uitvinden? Circulaire ondernemers, zegt u het maar.
Een belangrijke stap in het toekomstbestendig maken van jouw bedrijf is je aansluiten bij MVO Nederland. Ben je werkzaam bij mkb of grootbedrijf? En wil je samen met andere bedrijven werken aan de nieuwe economie? Word dan partner.
Meld je dan aan en ontvang maandelijks een update vol verhalen van ondernemers, actuele columns, handige tools, praktische downloads en inspirerende events.